Nadat Joost Knevel zijn jeugdherinneringen deelde over een satanisch pedonetwerk, was Bodegraven maandenlang het toneel van protestacties. De burgemeester van Bodegraven-Reeuwijk wil dat de rust terugkeert in zijn dorp. Hij won het kort geding om het slachtoffer, een journalist en actievoerder de mond te snoeren. Is er sprake van een complottheorie of een doofpotaffaire?
Joost Knevel, een voormalige inwoner van de gemeente Bodegraven, deed op 6 november 2020 aangifte van misdaden die tot zijn zesde levensjaar gepleegd zouden zijn: seksueel en satanisch ritueel misbruik, geestelijke en lichamelijke mishandeling, martelingen en mind-control praktijken. Hij zegt bovendien getuige te zijn geweest van drie kindermoorden. Er zijn drie hoofdverdachten in de zaak: een Bodegraver (‘man met het koffertje’), een bevriende arts en een leidinggevende van de peuterspeelzaal en naschoolse opvang. Eén van de verdachten is een publiek figuur die een belangrijke rol speelt in het corona-beleid. De zaak zorgt dan ook voor veel onrust en de maatschappelijke belangen zijn groot.
Knevel zocht in de zomer 2020 contact met journalist Micha Kat, die samen met Wouter Raatgever de zaak onderzocht en verslag deed van zijn verhaal. In het najaar van 2020 probeerde Joost Knevel meermalen vergeefs aangifte te doen bij het politiebureau. Dit door onder andere iemand te machtigen, omdat hij zelf in Spanje woont. Uiteindelijk stuurde hij zijn schriftelijke aanklacht naar vier procureur-generaals. In zijn aangifte noemt hij de namen van meerdere (mogelijke) getuigen. Hij hoopte dat het OM contact met hem zou opnemen om een uitgebreide getuigenis af te leggen, maar hij hoorde maandenlang niets.
OM weigert onderzoek
Vier maanden na de aangifte stuurde het OM een korte brief naar het ouderlijk huis van Joost Knevel, het adres waar hij al jaren niet meer woont, of ingeschreven stond. Het is vreemd dat men de brief niet stuurde naar het vermelde retouradres in Alphen aan de Rijn. Daar stond Joost Knevel toen nog ingeschreven, voordat de gemeente hem vlak na de aangifte zonder enige overleg uitschreef.
Op de brief ontbreekt ook de naam van de Officier van Justitie. Men gaat de zaak niet onderzoeken. Het OM schrijft: “Ik heb besloten geen nader onderzoek te doen of tot vervolging over te gaan. De reden daarvoor is dat de door u geschetste feiten en omstandigheden geen begin van een redelijk vermoeden van schuld geven aan enig strafbaar feit.”
Geen vermoeden van enige strafbaar feit
Deze formulering is opmerkelijk. Bij aangifte van een strafbaar feit — of zoals in deze zaak meerdere ernstige strafbare feiten die niet verjaren — is er altijd een vermoeden van enig strafbaar feit tenzij:
- de aanklacht geen betrekking heeft op daden die strafbaar zijn, of;
- uit grondig onderzoek blijkt dat de strafbare feiten niet gepleegd zijn, of;
- men onweerlegbaar kan bewijzen dat de aanklager liegt en bedriegt.
Het eerste punt is zeker niet het geval, omdat de door Joost Knevel gerapporteerde misdaden strafbaar en niet verjaard zijn. Omdat er geen onderzoek heeft plaatsgevonden kan het OM de stelling zoals omschreven bij punt 2 en 3 helemaal niet onderbouwen. In dat geval blijft er “een vermoeden van strafbare feiten” totdat het tegendeel bewezen is. Ook als er nog onvoldoende bewijs zou zijn. Door hun reactie geeft justitie blijk van vooringenomenheid en is nalatig in het doen van enig onderzoek.
Vooringenomenheid van justitie en de burgemeester
Het OM schaart zich daarmee achter de positie van Christiaan van der Kamp, de burgemeester van Bodegraven-Reeuwijk, die de getuigenis van Joost Knevel op voorhand afdoet als “onzin.” In een eerste reactie op de aangifte zegt hij: “Wat voor gekken zijn nu bezig? Ik had al heel snel door dat er niets klopte van de namen en de tijdlijnen wat hier werkelijk aan de hand is.” Op de vraag van de reporter of daar uitgebreid onderzoek naar is gedaan zegt hij: “Je hoeft geen uitgebreid onderzoek naar onzin te doen. Onzin blijft onzin.”
Het doet me denken aan de vooringenomen uitspraak van minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie in de Demmink-zaak die, terwijl het gerechtelijk onderzoek nog liep, zei: “Het was niks, het is niks en het wordt niks.” Zes oud-gevangenisdirecteuren deden destijds aangifte tegen Opstelten vanwege een ambtsmisdrijf, omdat hij het strafrechtelijk onderzoek naar oud-topambtenaar Joris Demmink zou belemmeren.
Bloemen en onrust in dorp
Verontruste burgers trokken naar Bodegraven om daar de zaak onder de aandacht te brengen. Ze hingen posters op, verspreidden flyers en legden bloemen op onder andere het graf van één van de op verdachte wijze overleden hoofdgetuige. Het zorgde voor veel onrust in het dorp. Niet iedereen was blij met deze aandacht en acties. Sommige nabestaanden en bezoekers van het kerkhof vonden het een verstoring van de grafrust. Op 17 maart 2021 stelde de burgemeester een noodverordening in voor de begraafplaats Vrederust en het omliggende gebied, dat toegang voor niet-nabestaanden verbiedt.
Een deel van de actievoerders is zelf slachtoffer van ernstig seksueel en of ritueel misbruik geweest. Ook in hun zaak weigerde justitie aangifte op te nemen of een onderzoek in te stellen. Hun daders gingen vrijuit, omdat ze van hogerhand beschermd werden. Of ze lopen nog steeds vrij rond, hebben zich nooit voor hun misdaden hoeven te verantwoorden, om tot op de dag van vandaag nog steeds nieuwe slachtoffers te maken. Deze getraumatiseerde mensen zijn voor het leven getekend. Ze wilden Joost Knevel en de andere slachtoffers hun steun betuigen. Dat is de in de media onbesproken achtergrond van die ‘onruststokers’ waar de burgemeester zegt zo’n last van te hebben.
Zij zien in de Bodegraven-zaak een herhaling van eerdere misbruikzaken, die zogenaamd ‘niks waren, niks zijn en niks zullen worden’. Ze zien niet alleen het falen van de Nederlandse rechtsstaat, maar ook de onwil om kwetsbare kinderen te beschermen. Men is boos, verdrietig, verontwaardigd en ten einde raad. Het gaat wel om kinderen! Toen en ook nu weer. Wederom voelen deze slachtoffers en hun sympathisanten zich in de kou staan. De emoties liepen dan ook hoog op. Sommigen uitten dreigende taal. Op enkele briefjes aan de bloemen stonden aanklachten of dreigementen. De gemeente en justitie vinden dat ze over de schreef zijn gegaan.
Justitie gaat voortvarend te werk tegenover de actievoerders
In een gecoördineerde actie zijn vervolgens meerdere actievoerders opgepakt en voorgeleid. De voortvarendheid waarmee justitie te werk ging om ze te berechten, stond in schril contrast met de onwelwillendheid om het misbruik te onderzoeken. De rechtbank deelde hoge straffen uit. Een van de veroordeelden die dreigende uitlatingen deed in de Bodegraven-zaak is Bart van Well, de hoofdgetuige in de Demmink-zaak. Hij is zelf misbruikt in een pedonetwerk en slachtoffer van ernstig seksueel en ritueel misbruik. Ook Wouter Raatgever — die de Bodegraven-zaak maandenlang onderzocht en met Joost Knevel en Micha Kat verslag deed in het Red Pill Journal — is veroordeeld wegens bedreiging en opruiing. Drie weken na zijn arrestatie behandelde de politierechter zijn zaak al. “De snelheid waarmee dit voorkomt, dat is ongekend,” verzekerde een jurist me.
Veroordeling en opsluiting van actievoerders
Wouter Raatgever had een voorspelling geuit dat een van de betrokkenen voor een militair tribunaal zou worden veroordeeld: “Weet dat hetgeen u nu aan het doen bent door een militair tribunaal niet licht opgenomen wordt, namelijk een burgemeester beschermen die satanisch ritueel misbruikers beschermt. Daar staat in mijn ogen de doodstraf op.”
Een videofragment waarop hij met Micha Kat oproept om tegen een prijsuitreiking aan Jaap van Dissel te demonstreren, bevat aan het einde een geluidsfragment van een knal. Dit interpreteerde justitie als een dreigement om een explosief te gebruiken, ondanks dat Wouter Raatgever herhaaldelijk had gezegd dat hij tegen geweld is. De straf voor bedreiging is normaal gesproken een geldboete van €250. De rechter oordeelde dat er ook sprake is van opruiing en daarom kreeg hij €10.000 boete en negen maanden cel opgelegd, waarvan drie voorwaardelijk. Ik sprak erover met meerdere juristen; de een heeft er vanwege zijn uitlatingen begrip voor dat hij vervolgd is, maar andere juristen missen in het vonnis enige nuancering en vinden de strafmaat “absoluut buitenproportioneel.” Ook andere actievoerders kregen celstraffen.
Politiek gemotiveerde vonnissen?
De veroordelingen overschaduwen waar de Bodegraven-zaak aanvankelijk over ging; een getuige die zegt slachtoffer te zijn geweest van seksueel en ritueel misbruik en drie mogelijke kindermoorden. De burgemeester die deze aanklachten al op voorhand afserveerde als “onzin blijft onzin” heeft met de veroordelingen de rechtbank aan zijn zijde. Hij won ook het kort geding waarbij de rechtbank de aanklagers sommeerde alle uitlatingen over de zaak te verwijderen. De media houden vol dat de claims slechts complottheorieën zijn.
Voor de actievoerders, misbruikslachtoffers en hun sympathisanten, is het met de veroordelingen de wereld op zijn kop. Zij zien in de hoge straffen en het snelrecht vooral een bevestiging dat de vonnissen politiek gemotiveerd zijn. Ook vanwege de politieke positie van Jaap van Dissel, die onder andere doelwit van de dreigementen was.
Joost Knevel zegt al jarenlang het doelwit van gangstalking door de politie te zijn geweest. Dan werd hij opgepakt voor iets dat hij in Bodegraven gedaan zou hebben, terwijl hij een hele dag naar Feyenoord was. Of ze pakten hem op om hem urenlang te ondervragen of hij zich nog kon herinneren wat er voor zijn zesde levensjaar gebeurd was. Hij probeerde vergeefs aangifte voor gangstalking te doen en vluchtte uiteindelijk in 2016 naar Spanje. Ondanks zijn problematische jeugdervaringen kwam zijn leven toen eindelijk in rustiger vaarwater. Totdat eind 2019 allerlei jeugdherinneringen weer naar boven kwamen.
Joost Knevel is verbolgen over de onwelwillendheid van politie en justitie om ook maar enig onderzoek naar het misbruik en de kindermoorden te doen, waar hij vorig jaar mee naar buiten kwam. Wat justitie naliet deed het drietal Knevel-Kat-Raatgever vervolgens dan maar zelf. Ze deden onder andere verslag van hun onderzoek in de Bodegraven-zaak in het Red Pill Journal. Dat leidde er ook toe dat meerdere getuigen zich meldden, die delen van het verhaal van Joost Knevel bevestigden. Zo kreeg hij van meerdere oud-klasgenoten een klassenfoto, waarop volgens hen het vermoorde meisje Sandra van Aalst staat.
Onschuldig totdat schuld bewezen is
In de berichtgeving over de Bodegraven-zaak wordt het onderzoekstrio Knevel-Kat-Raatgever door de mainstream media steevast aangeduid als “complotdenkers.” Waarom spreekt men niet van “het slachtoffer, de journalist en activist,” of simpelweg “de aanklagers?” Door hen zo vaak mogelijk complotdenkers te noemen, past men hiermee een vorm van neuro-linguistic programming toe (NLP), in een poging de argeloze luisteraar of lezer in te prenten dat de aanklacht vooral ‘onzin’ is.
Ondanks dat de gemeente, justitie en de media stelling nemen tegen de aanklagers, kan men totdat de gemaakte claims grondig zijn onderzocht, niet concluderen dat de aanklachten onzin zijn. Net zoals de verdachten in de Bodegraven-zaak onschuldig blijven totdat schuld bewezen is, geldt dit ook voor het misbruikslachtoffer. Door het stigmatiseren van het slachtoffer en Joost Knevel af te schilderen als complotdenker, neemt men bij voorbaat het standpunt in dat deze liegt en bedriegt. Voor deze stellingname ontbreekt overtuigend bewijs en zolang men zich niet in de zaak verdiept, is een neutralere positie meer op zijn plaats.
Artikel 12 procedure
Joost Knevel heeft er recht op dat zijn aangifte serieus onderzocht wordt. Hij is inmiddels een Artikel 12-procedure gestart. In deze procedure toetst het gerechtshof of een vervolging van de verdachten haalbaar zou zijn en of die vervolging opportuun is. Inmiddels is Knevel zelf doelwit van justitie geworden. Door het vonnis in een kort geding wegens smaad en laster, is er beslag gelegd op zijn bankrekening. Daardoor kan hij geen advocaat inhuren, noch voor zijn verdediging in de twee rechtszaken die er tegen hem zijn aangespannen, noch voor de Artikel 12 procedure. De gemeente wil het slachtoffer monddood maken. Justitie verbiedt hem om over zijn lopende zaak te praten. Doet hij dit wel dan riskeert hij uitlevering en gijzeling. Hij hoopt op steun uit onverwachte hoeken om hem in zijn proces bij te staan.
Of de gemeente met het recente vonnis in zijn handjes kan wrijven en er in slaagt de zaak in de doofpot te laten verdwijnen is de vraag. Met de nieuwe juridische Artikel 12 procedure is de zaak wellicht pas begonnen …
> Lees ook: De gemeente Bodegraven probeert aanklagers monddood te maken
Ella Ster* | bron: ellaster.nl
Ontdek meer van Ellaster
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.